Thema 6 : het werkwoordelijk gezegde
Typ het werkwoordelijk gezegde uit de volgende zinnen. Het werkwoordelijk gezegde bestaat uit meer dan één werkwoord.
© Jan Aerts
Vandaag heeft hij zich weer goed ingespannen.
De zakenman is gisteren naar Londen gevlogen.
Hij had zijn zusje zeker niet gepest.
Nu kan ik vanavond mijn favoriete film niet zien.
We zullen er morgen samen eens over praten.
Ik kan nu nog niet meer vertellen.
Waarom heeft hij dat niet gemaakt ?
Hij werd gisteren uitbundig gevierd.
Ik zal mijn lessen zeker goed leren.
In die stal heeft het oude paard gestaan.